Deze site toont een belangrijk deel van de werken uit de (kern)collectie Vlissingen. Een tijdsbeeld dat van midden zestiger jaren tot 1987 vooral bestaat uit kunstwerken verworven via de Beeldende Kunstenaars regeling (BKR). Aansluitend zijn aankopen, schenkingen en opdrachten tot medio 2006 vooral geïnitieerd vanuit het voormalige Buro Beeldende Kunst -de Advies Commissie Beeldende Kunst en gemeente Vlissingen.

Vlissingen is een stad, waar decennia lang kunstenaars vertoeven, tijdelijk werken of zich vestigen. Ze prefereren de dwarse sfeer van de stad, gelegen aan de Westerschelde, boven het meer rustieke karakter van andere Zeeuwse steden. Soms vormen kunstenaars collectieven of identificeert men zich onder een noemer, zoals in de vooroorlogse jaren "Kunstkring het Zuiden" of meer eigentijds de initiatieven van KipVis. Vlissingen kent vanaf begin 1980 vele kunstinitiatieven. Zo ontstaan de expositieruimten Bellamy19 (1980- 1998) in het voormalige Stedelijk Museum aan het Bellamypark, de Watertoren Actuele Kunst in Oost Souburg (1988–2006), het huidige IK eiland (Jan van Munster) en Expositieruimte deWillem3 (v.h. Kunstruimte deWillem3) in de Oranjestraat (1999– heden). In samenhang met de meer omvangrijke kunstmanifestaties zoals 'Mijn Domein' ,'Insomnia' en 'Utopia' in voormalige industriële gebouwen van de Koninklijke Maatschappij de Schelde exposeren tussen 1980 en 2012 meer dan 1.000 professionele internationaal werkende kunstenaars. Een belangrijk deel daarvan is te zien op de site www.cultuurwerf.nl, de site www.burobk.nl en in de glossy uitgave 10.220 dagen beeldende kunst Vlissingen. De kunst in de stad kent een eigen dynamiek, een komen en gaan, die verwantschap toont met de beweging in een havenstad aan internationaal water. Een voortdurende reis zowel fysiek als in het denken. Op bijzondere wijze vertaald door de kunstenaar Loek Grootjans op de panoramische toren aan de Westerschelde. 'Ergens ben ik anders ben ik nergens'. Wat resteert zijn sporen van kunstenaars in de stad, zij vormen het recente culturele geheugen.


Buiten particuliere initiatieven heeft de gemeente Vlissingen vanaf 1965 een kunstbeleid gevoerd. In eerste instantie vanuit de Rijksregeling voor Beeldende Kunstenaars (BKR) waarvan zo'n twintig professionele kunstenaars gebruik maakten. Driemaandelijks leverden zij werk in, dat door een commissie van deskundigen en onder supervisie van een rijksgecommitteerde beoordeeld werd op artistieke kwaliteit. De aangekochte werken kwamen in depot en hiervoor werden kunstenaars betaald, inclusief een tegemoetkoming voor materiaal en atelierkosten. Een compensatieregeling, die zowel geliefd als verguisd was bij kunstenaars. Het garandeerde een inkomen maar ontrok ook veel van hun werk aan de "vrije" markt. Vooral kunstenaars, die uitermate bewerkelijke kunst maakten, leverden bijna al hun werk in om aan het benodigde compensatieloon te komen. Tussen 1965 en 1985 werden vanuit alle disciplines zo'n 3.500 werken aangekocht.

De BKR collectie toonde, door de driemaandelijks selecties, in belangrijke mate het procesmatige van het kunstproces. Deze schilderijen, tekeningen, sculptuur, gouaches, grafiek en mixed media werden vanaf de jaren tachtig uitgeleend via een artotheek vanuit gebouw de Breehof. Het toenmalige college had als standpunt dat kunst, aangekocht met gemeenschapgeld, beschikbaar moest zijn voor de burgers. De artotheek is langere tijd, uit het oogpunt van het publiek, een succes geweest. Ook op de latere locatie in de Openbare Bibliotheek aan de Lange Zelke.

Naast de aankopen van werk ontwikkelt zich beleid voor het verstrekken van opdrachten kunst in openbare ruimte en dienstverleningen. Dit resulteert in een aantal beelden van Jan Haas, Herman Bisschop, Eric Brandts en Eddy Quite, te bezichtigen op de site www.kunstroutevlissingen.nl. Na de beëindiging van de BKR regeling (1987) is uit de collectie van ca. 3.500 werken, in diverse stappen, een selectie gemaakt die te beheren is als gemeentelijke collectie. Na het onderbrengen van werken bij de voormalige Stichting Kunstuitleen, in samenspraak met de betreffende kunstenaars, is ook werk geretourneerd aan kunstenaars. In 1992 wordt vanuit het overleg tussen gemeenten en provincie de regeling IPO-VNG gelden ingevoerd. Het biedt een mogelijkheid om gemeentelijk kunstbeleid te voeren in combinatie met gedecentraliseerde gelden van de rijksoverheid aan provincies. De provincie ontvangt een subsidie en verdeelt deze op basis van een vierjarig kunstenplan. Een van de voorwaarde is, naast de inbreng van gemeentelijke subsidie, dat er sprake is van samenhangend kunstbeleid zoals expositieruimten, atelierbeleid, kunstuitleen en kunst in openbare ruimte, die kunstenaars mogelijkheden aanreiken hun beroep uit te oefenen. Het instellen van een onafhankelijke adviescommissie is verder een van de voorwaarden. In Vlissingen wordt het beleid verder geïntensiveerd met een verscheidenheid aan opdrachten en aankopen binnen beschikbare middelen. Er wordt extra geld gegenereerd, vaak in samenwerking met de toenmalige gemeentelijke stadsontwikkeling, woningcorporaties en bedrijven. In die periode ontwikkelt zich ook het begrip "sleutelwerken", waarmee bedoeld wordt een werk, waarin de ontwikkeling van een kunstenaar geconcentreerd aanwezig is. Zo wordt o.m. de "Getijdenkus" van Gert Jan Evenhuis, "de Baas" van Eric Brandts, een sculptuur ZT van Guido Eckhardt , en het schilderij "Songhkla Symmetrie #1987" van Bob Pingen aangekocht.. De kunst in openbare ruimte krijgt eveneens een nieuwe impuls.


In een laatste selectie wordt door de gemeentelijke Adviescommissie Beeldende Kunst in samenwerking met een externe deskundige (Kunsthal Rotterdam) de keuze gemaakt voor wat daarna heet de Kerncollectie gemeente Vlissingen. Een belangrijk deel van deze collectie, is opgenomen op deze site. Vanaf 2005 zien we de financiële middelen voor aankopen en opdrachten teruglopen. Er rest nog tentoonstellingsbudget dat naast exposities ingezet wordt voor manifestaties zoals "Mijn Domein", "Utopia" en "Insomnia" en een bescheiden marge om kleine kunstwerken aan te kopen. De renovatie van het stadhuis biedt nog wel de mogelijkheid om eenmalig een collectie hedendaagse fotografie aan te kopen voor de publieke ruimte en werkplekken. Hierin vinden we kunstenaars zoals Ab van Hanegem, Anton Corbijn, Hilarius Hofstede, Margriet Smulders, Erwin Olaf, Bob Pingen, Henk Tas, Rem van den Bosch, A.P. Komen& Murphy, Anya Janssen, Mischa Klein, David Smithson (USA), Pietro Fortuna (It), Philippe Tonnard (B), Eric van den Elsen, Alex Vermeulen e.v.a.


Deze vormen, naast incidentele aankopen zoals "The Worktable VI" 2002 van Gregory Green (USA) of recentelijk de schenking van het fotowerk "We're Convinced" 2012 Daan Samson (NL) de aanvulling op de collectie. Een aanvulling op een overigens rijke collectie kunst, die een tijdsbeeld weergeeft van overheidsbeleid maar vooral de ontwikkeling van de beeldtaal van kunstenaars. Met het voornemen om de collecties die in Zeeland verzameld zijn vanuit de diverse kunstorganisaties en mogelijk particulieren verder in beeld te brengen komt een nieuwe periode in zicht. Collecties die ontsloten worden voor het publiek en tevens een mogelijkheid bieden er mee aan de slag te gaan. Het tonen van werk in exposities is essentieel in de ervaring van kunst en biedt nieuwe perspectieven voor kunstenaars. De tijd zal uitwijzen of en in welke vorm de kunst in Vlissingen zijn weg vindt, op nieuwe expositielocaties en in verzamelingen.

Het kunstbeleid van Vlissingen resulteert in 2008 tot een tweede plaats in de selectie van Kunststeden in Nederland en in 2009 tot een gezamenlijke derde plaats met de stad Haarlem.